Inmiddels loop ik bijna een week samen met een Française en een Spanjaard over de Camino del Norte. Hoe ik schakel van rennende solist naar gelijkwaardig groepslid.
Knop om
Als ik fysiek genoodzaakt ben te stoppen met rennen door een ontstoken drukpunt moet de knop om. Helemaal als blijkt dat het inmiddels om een abces gaat dat behandeld moet worden met antibiotica, moet ik mijn plan drastisch aanpassen. Rennen is géén optie meer. Maar stoppen voor mij ook niet.
Samenkomst
In Gijón ontmoet ik in de avond David, een Spanjaard. We zijn van dezelfde leeftijd. Allebei hardloper en we hebben meteen een klik. De volgende ochtend treffen we elkaar weer op de route van Gijón naar Avilés en blijven samen lopen.
In Avilés maak ik kennis met Morgan, een Française van drieëndertig. David en zij hebben elkaar al eerder op de Camino del Norte getroffen. De volgende dag vertrekken we samen.
Groepsdynamiek
Kennismaken, aftasten, wennen en dan steeds dichterbij. Mooi hoe dat werkt tussen mensen. Omdat we stuk voor stuk openminded zijn gaat dit proces heel snel en is er tussen ons al verrassend snel vertouwen, maar nog belangrijker: veiligheid. En waar eerst nog wat afstand is, maakt dit al snel plaats voor nabijheid en commitment zonder dat we hier over hoeven te spreken. Het gebeurt.
Wat waarschijnlijk ook helpt is dat we op dit moment gelijkgestemd zijn. De een zit in zijn sabbatical en de anderen hebben bewust gekozen voor een vrijer leven.
Daarnaast hebben we ook een gezamenlijk doel, namelijk te voet Santiago de Compostella bereiken.
Eigen Camino
Ondanks de fijne groepsdynamiek is er vooral ook ruimte voor ieders eigen Camino. De een loopt bij tijd en wijle wat vooruit. De ander luistert zo nu en dan naar muziek en nummer drie neemt een pauze om daarna verderop op het traject weer aan te haken om gezamenlijk te lunchen.
En toch staan we in verbinding. We letten op elkaar en voelen elkaar aan. En dat ondanks, en misschien wel juist door, de taalbarrière. Het is allemaal oké. Wij komen er wel. In Santiago.