Hiken vanaf Santo Stefano di Sessanio
Inmiddels is het al dag 46 van mijn hiking avontuur in Italië. Vandaag staat een mooie route op het programma. Hiken door een deel van Nationaal Park Gran Sasso e Monti della Laga. Met als hoogste punt voor vandaag de top van Picco Confalonieri (2.422 meter).
Het ontbijt laat ik me goed smaken. Als eerste heb ik alle keus en aangezien de rest van de gasten blijkbaar uitslaapt is het heerlijk rustig wakker worden.
Ik dank de gastheer, hang mijn hebben en houwen op mijn rug en vertrek. De zon is al warm als ik net na half tien mijn eerste stappen zet. Ja, half tien al. Ik ben laat 😁
Prachtige vergezichten
Meteen na vertrek is het klimmen. Van zo’n 1.200 naar 1.600 meter alwaar de beloning daar is in de vorm van prachtige vergezichten. Het landschap waar ik door loop zijn graslanden met rotsen en gravel.
Het is een makkelijke route dus alle tijd voor foto’s. Het eerste deel ben ik helemaal alleen, zoals vaak op de Sentiero in de periode waarin ik loop. Dan ineens staan daar twee wandelaars met dagrugzak. Italianen die een paar uur van de omgeving aan het genieten zijn. Ik vraag ze een foto van me te maken. Dat is toch makkelijker dan klooien met je trailrunstokken.
Doorkijkje
Al dat natuurschoon is overweldigend. Er is zoveel om naar te kijken en in je op te nemen dat het me emotioneert. Dan is het fijn als je weer even kunt focussen zodat er weer ruimte ontstaat om al dat moois in je op te nemen. Een doorkijkje als een “raam” is net een camera. Een afgebakend deel waar je doorheen kijkt. Dat werkt en levert meteen een mooi plaatje. Eigenlijk is dit ook wel een doorkijkje naar mijn ziel.
Stijl werk
En dan gaat het weer omhoog. Hikend langs de schuinte van de bergen en al slingerend over de bergpaadjes pak ik steeds meer hoogte. Het is een heerlijke klim.
Hoe verder ik naar boven kom hoe kouder het wordt. Zeker als de zon achter de wolken verdwijnt en de wind opsteekt. Ik besluit mijn korte broek en T-shirt in te ruilen voor een lange broek en shirt met mouwen.
Als ik aankom bij een skioord is het er druk met motorrijders en dagjesmensen die ook komen voor de besneeuwde bergtoppen en prachtige vergezichten. Waar mensen zijn is horeca, dus ik ga bij de bar naar binnen en bestel een welverdiend biertje. Zitten en genieten.
Onneembare sneeuw
Het laatste stukje hiken is zo’n anderhalve kilometer naar de top, maar met nog wel ruim 300 hoogtemeters. Her en der ligt wat sneeuw maar dat mag geen naam hebben.
Eenmaal boven is het adembenemend mooi. Ik geniet met volle teugen maar zie in deze pracht ook een probleem.
Wat te doen?
Daar waar ik tijdens de klim sporadisch sneeuw had is dit aan de andere kant van de berg wel anders. En het is aan deze andere kant dat ik zou moeten gaan dalen als ik op de Sentiero wil blijven.
Wanneer ik anderen, aan de besneeuwde zijde, omhoog zie komen met sneeuwijzers onder hun schoenen begin ik me wat zorgen te maken. Hier ben ik niet op uitgerust.
Na overleg met een aantal hikers welke de besneeuwde kant omhoog zijn gekomen besluit ik dat het niet verantwoord is hier te dalen. Helaas maar het is niet anders. Ik zoek een alternatieve route en zet mijn daling in.
Regen, donder en blixem
Na zo’n tien minuten dalen trekken donkere wolken zich boven mij samen. Uit het niets is daar regen, onweer en bliksem. In de bergen kan dit zomaar, en is niet ongevaarlijk.
Snel trek ik mijn jas aan. Er is geen plek om te schuilen dus zet ik de afdaling voort. Het paadje is smal en ligt vol met gravel en losse stenen. Oppassen dus. Zeker nu het ook nat is. Het komt met bakken uit de lucht zetten. Donder en regelmatige flitsen maken het af. Het is een inspannende afdaling.
Eenmaal beneden op 900 meter zoek en vind ik een slaapplek. Doorweekt en koud zijn maakt een warme douche erg welkom. Wat is hiken op de Sentiero Italia toch een heerlijk avontuur. Wat een dag!
De eerdere verslagen van mijn hiking avontuur door Italië lezen? Klik dan op de betreffende week: week 1, week 2, week 3, week 4, week 5, week 6, week 7