Overal waar ik kom, welk pad ik ook bewandel of be-ren. Mooie mensen zijn overal, echt overal en in alle vormen en maten. De kunst is om ze te zien, verder te kijken dan je eigen ik. Mooie mensen zijn er ook op de GR11 en ik mocht er inmiddels al een aantal van ontmoeten.
Foto’s van deze mooie mensen heb ik bewust niet gemaakt. Net als dat ik niet altijd hun echte naam gebruik. Ze zijn mooi om wie ze zijn en ik hoop dat jij ze mag ontmoeten. Dat je ze ziet om wie ze zijn; mooie mensen.
Bepakt en bezakt
Als ik halverwege een klim bij een piepklein dorpje kom staat er op het evenzo kleine plein een enorme rugzak welke mijn aandacht trekt. Net als het gekletter van water; ik heb dorst.
Naast de ‘fontein’ staat een Spanjaard helemaal verhit en bezweet te wezen. We groeten elkaar en na een halve liter gedronken te hebben van het verse bergwater vraag ik hem of hij net als ik de GR11 loopt. Hij knikt instemmend. Wat volgt is een diepe zucht en hij vertelt me, uiterst vriendelijk, dat hij het zwaar heeft. Enrique is niet heel groot en als ik naar zijn rugzak kijk is de verhouding volledig zoek. Neem daarbij de zinderende hitte en de steile klim waar we mee bezig zijn en ik snap zijn diepe zucht.
Hij vertelt me dat hij inmiddels al de keus heeft gemaakt om niet meer zelf te koken en dus weinig voedsel bij zich heeft. Wel blijkt hij nog al zijn kookgerei mee te zeulen, alsook veel te veel kleding en tal van zaken die hij niet nodig blijkt te hebben. “Waarom stuur je het niet per post naar huis?”, vraag ik hem. Dan blijkt afscheid nemen moeilijk.
We kletsen nog een tijdje over de route en de schoonheid van het landschap. Als hij aanstalten maakt om te gaan doe ik dat ook. Deze dappere Spanjaard gooit zijn rugzak over zijn schouders en snoert al zuchtend en steunend de riemen aan. Als ik wegloop en verder ga met de klim groet ik hem en wens hem een fijne reis. “One step at a time!”, roept hij.
Hij gaat het einde halen, hij heeft hart en een enorm doorzettingsvermogen. Ik hoop voor hem dat hij toch ook wat afscheid gaat nemen, het zal hem enorm helpen.
Cat-fight
In mijn vorige artikel hebben jullie al kennis mogen maken met de groep vrouwen welke ik op hoogte tegenkwam. Samen koffie drinken en kletsen over waarom we de dingen doen die we doen. Stuk voor stuk zijn het sterke vrouwen en heel verschillend, als ik ze mag geloven.
Ze vertellen me dat ze met enige regelmaat met elkaar in de clinch liggen over allerlei onderwerpen. “Echte cat-fights dus.”, is mijn korte reactie. Het is even stil “ja, precies dat. Wat een mooie omschrijving!” is hun reactie.
Deze vrouwen stralen kracht, zelfverzekerdheid en rust uit. Mooie mensen die er gezamenlijk, ongeacht de verschillen of misschien wel juist daarom, een echt feestje van maken.
Was-man
Hiermee doe ik hem absoluut te kort; was-man. Dit is wel de eerste kennismaking. Ik sta de gebruiksaanwijzing te lezen van de wasmachine; eurotjes erin, was erin, waspoeder erin, programma kiezen en gaan. Ik snap het helemaal op de waspoeder na, die is nergens te bekennen. Was-man José brabbelt wat in het Catalaans tegen me en neemt het over. De waspoeder blijkt in een afgesloten kast te staan waar alleen hij de sleutel van heeft.
José is belangrijk, dat heb ik snel door. Als ik na 45 minuten terugkom, het snelprogramma zou dan afgelopen zijn, draait de machine nog. José is er ook weer en we raken aan de praat, mijn Catalaans is beter dan mijn Spaans, plus met de inzet van handen en voeten komen we een heel eind. José is, zoals we in Nederland zouden noemen, een manusje-van-alles. Hij wast, maakt schoon, doet de tuin en tal van andere klusjes op het campingterrein.
Een belangrijk man dus. Zonder José geen camping. Hij is dik in de zestig, klein van stuk, heeft een vrouw en twee volwassen kinderen, zijn broek houdt hij op met bretels en hij loopt voorovergebogen alsof hij op de grond iets aan het zoeken is. Het is een trots man, trots in hoe hij praat over zijn werk, kinderen en zijn hobby darten. Zijn ogen twinkelen als hij het erover heeft.
De was-man José is een prachtkerel. Eenvoudig, trots en een harde werker.
Portugees temperament
Ze komt me achterna gerend in het hotel waar ik net geïnformeerd heb naar een kamer. Ze hoorde mijn vraag die ik stelde aan de barmedewerker en wil me helpen maar verontschuldigt zich meteen; ik heb een vriend dus begrijp me niet verkeerd. Ik moet grinniken en zeg haar dat ik alleen maar dankbaar ben dat ze me wil helpen.
Ik heb allang door dat hotels het hier in Arnisal Andorra niet gaan worden, niet voor de prijzen die ze hier vragen. Als ik haar vertel dat ik een tent heb is ze meteen enthousiast: “Ik weet een prachtige plek om je tent op te zetten. Het is nog wel even klimmen maar het is het waard.”
Voordat ze me achterna rende zat ze aan de bar. “Ik nodig je graag uit voor een biertje aan de bar.”, zeg ik haar en ze knikt instemmend. Wat volgt is een bijzonder open gesprek.
Joleen – iedereen noemt haar Jo – is Portugese en woont nu sinds zes jaar in Andorra. Sinds haar 18e heeft ze op verschillende plekken in Europa gewoond en ze zit weer op de schopstoel om te vertrekken.
Geïnteresseerd vraagt ze naar mijn verhaal. In vogelvlucht vertel ik mijn verhaal van de laatste vier jaar. We blijken de nodige raakvlakken te hebben. Het gesprek gaat dan ook over en weer. Een gesprek over het maken van keuzes, reizen, bijzondere ontmoetingen, de bergen, ongerepte natuur, ouders, grootouders, ziekte, het hier en nu, less is more, kinderwens, werk en inspireren. Dan ineens gaat ze rechtop zitten, kijkt me indringend aan met haar diep donkerbruine ogen en zegt “Mag ik je een vraag stellen? Het is belangrijk voor me.” “Natuurlijk.”, is mijn reactie.
“Hoe ga jij om met zieke ouders en weggaan/ zijn. Hoe maak jij de keus om wel of niet te gaan?” Ik snap dat ze rechtop gaat zitten. Eerder had ze me verteld dat haar grootouders gevoelsmatig haar ouders zijn. Met haar ouders heeft ze geen contact. Haar grootouders kwakkelen met hun gezondheid en dat houdt haar zichtbaar bezig.
“Een kant-en-klaar antwoord kan ik je hier niet op geven. Voor mij hangt het heel erg af van het moment en mijn gevoel. Ik laat mijn gevoel sturen, op basis van mjjn gevoel maak ik mijn keus. Er is geen goed of fout, doe wat goed voelt en deel dat met je grootouders.”
“Dat is precies wat ik heb gedaan”, vertelt ze me. “Dank voor je bevestiging, het betekent veel voor me”. Als we samen in de richting van haar appartement lopen valt me pas op hoe klein van stuk ze is. Ik schat haar rond de één meter vijftig. Klein van stuk maar wat een krachtige mooie vrouw. We geven elkaar een innige knuffel en ik klim naar mijn slaapplek voor vanavond boven op berg pic del Solà d’Erts. Ze had gelijk; het is de klim, welke gepaard gaat met de nodige zweetdruppels, meer dan waard.
Dit avontuur is natuurlijk ook weer te volgen op Insta, Strava, mijn blog. Via de media partners zal ook verslag gedaan zal worden van mijn trip. Wil je niets missen meld je dan aan voor blog-meldingen.