Stevig zoet ontbijt
Na een heerlijke nacht ben ik klaar voor een nieuwe dag op de Sentiero Italia. Als eerste verschijn ik aan het ontbijt. De gastheer brengt me een schaal met zoetige taartjes en cakejes, toast, yoghurtjes, jus en koffie. Ik laat het me goed smaken eet alles op. Iets in me zegt dat ik het nodig zal hebben tijdens deze sneeuwhike. Later zal blijken dat mijn gevoel goed zat.
Na het afrekenen en een hartelijke groet over en weer ga ik weer op pad. Na een paar honderd meter meldt zich een hond. “Vast een van die zwerfhonden”, hoor ik mezelf denken. Die hebben ze hier genoeg in Italië. Ik negeer hem en vervolg mijn route.
De start is op zo’n 1.450 meter hoogte en de route gaat vandaag naar 1.956 meter, de top van de Montalto. Gezien het skiseizoen hier voorbij is, is mijn verwachting dat het ook wel mee zal vallen met de sneeuw. Een echte sneeuwhike zal het niet gaan worden. Hoe verkeerd kun je het hebben.
Sneeuwhike met veel sneeuw
Al snel sta ik in de sneeuw. Lekker en goed te belopen. Met mij nog steeds die zwerfhond. Op veilige afstand van elkaar laten we elkaar met rust. “Die is er zo klaar mee als hij in de gaten heeft dat er niets te halen valt”, denk ik.
Dat beetje goed beloopbare verandert in meters hoog en al snel bevind ik me gemiddeld twee meter boven het eigenlijke pad. Mijn voeten zakken zo’n 25 centimeter weg, wat het lopen zwaar maakt.
Altijd nog voor mij die hond, die de route volgt die ik ook ga. Er bekruipt me een apart gevoel. Zeker als hij stopt als ik ook stop, of terugkomt als ik uit zijn gezichtsveld ben.
Skipiste
En dan ben ik bij een skipiste, welke ik mag oversteken en omhoog mag. Dan wordt het voor het eerst vandaag spannend. De sneeuw is platgereden en dus moeilijk in te stampen om grip te kunnen krijgen. Stap voor stap steek ik over. En dan nog omhoog. Mijn hart klopt in mijn keel. “Als ik hier ga is het een lange weg naar beneden!”. Voorzichtig, daadkrachtig en met een hoge hartslag werk ik mezelf naar boven. Opgelucht ben ik dan ook als ik linksaf mag slaan het bos weer in. “Dat heb ik gered. “Erger dan dit zal de sneeuwhike wel niet worden”. Mijn kompaan voor vandaag is nog steeds bij me.
Pedro
Nog steeds is de hond bij me. Het is net of hij me de weg wil wijzen in deze witte omgeving, waar de meeste wegbewijzeringsmarkeringen zijn ondergesneeuwd. Wat me opvalt is dat hij niet schooit als ik wat drink of een hapje van een energiereep neem. Zou ik wel verwachten.
We respecteren elkaar over en weer, zo lijkt. Hoe meer ik er bij stilsta, hoe meer ik begin te geloven dat deze hond mij veilig over de berg wil loodsen. Ik besluit hem Pedro te noemen. De enige Italiaanse hondennaam die ik ken. Zwijgzaam stemt hij toe. Nog steeds voor me en op gepaste afstand.
Uitdagend
En dan kan het dus toch nog uitdagender. Steile hellingen waar het oorspronkelijke pad niet meer te zien is en je dus geen idee hebt waar je loopt en wat er onder je voeten gebeurt. Regelmatig zak ik diep in de sneeuw weg, of heb ik ruzie met de takken die normaal boven je hoofd hangen, maar waar je nu langsop moet met een volle backpack.
Met enige regelmaat denk ik ook hier “Dit moet niet misgaan!”. Fysiek maar vooral mentaal is het pittig. Over elke stap moet je nadenken. Waar plaats ik mijn voet en hoe houd ik mijn balans? En er dan ook nog altijd op bedacht zijn dat het elk moment mis kan gaan.
Tranen
En dan rollen de tranen over mijn wangen. Zo uit het niets. Geen verdrietige gedachten of andere aanleiding. Het is heftig en houdt ook even aan. Het mag er zijn. Ik gooi het op de fysiek en mentaal zware beproeving hier tijdens deze sneeuwhike. Het is mooi.
Polsi
Na het bereiken van de top ga ik snel verder. Het hoogtepunt van deze trip had ik al gehad. Gek genoeg loopt Pedro nu niet voor me maar achter me. En dit gedurende de gehele afdeling naar Polsi, een Italiaanse abdij en Mariaheiligdom.
Met flinke stappen zet ik de afdaling in en probeer zo wat tijd goed te maken welke ik tijdens de klim ben verloren. Ik heb trek en ben onderweg nog niemand tegengekomen, laat staan een eetgelegenheid of zoiets. Al snel ben ik in Polsi. Het is er uitgestorven dus ga ik meteen verder. Tot mijn verbazing blijft Pedro achter. Het laat me niet los. Hij heeft me veilig over de berg willen loodsen. Ik ben hem dankbaar.
Wildkamperen
Op naar San Luca. Maar eerst nog een stuk afdalen over moeilijk begaanbare paden met veel losse rotsen en leistenen. Rond 19.00 uur strand ik omdat ik een waterpartij over moet welke door de vele regen van de afgelopen dagen niet over te steken is. De stroming is te sterk en het water staat te hoog. Gezien het over een uurtje donker zal zijn besluit ik hier langs het water mijn tent op te zetten. Ik kruip in mijn slaapzak en ben meteen vertrokken.